Dr. Ben van Cranenburgh

Ben van Cranenburgh werd in 1945 geboren in Haarlem. Hij was de 2e van 9 kinderen. 
Zijn vader enBen  moeder waren beide advocaat. Hij doorliep de Montessori Basisschool en daarna het Gymnasium (beta) 
van het (nu opgeheven) Triniteitslyceum in Haarlem. Hij studeerde geneeskunde aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam en was daar 3 jaar lang tevens kandidaat-assistent bij het fysiologie-onderwijs. Daar deed hij zijn eerste onderwijservaringen op: practicum zintuigen, hart en circulatie, inspanningsfysiologie. In de loop van zijn studie condenseerde het besluit om niet praktiserend arts te worden, maar zich te wijden aan wetenschap en onderwijs. Hij doorliep de co-assistentschappen interne geneeskunde, neurologie en psychiatrie, en kreeg toen een aanbod om een promotieonderzoek te doen aan het Nederlands Centraal Instituut voor Hersenonderzoek (tegenwoordig “Instituut voor Neurowetenschappen”).
 
Hij werkte hier een jaar mee in de onderzoeksgroep Cerebrale Circulatie; dit betrof de eerste experimenten in Nederland waarbij de 
meetmethoden met Krypton en Xenon-isotopen van Ingvar en Lassen uit Zweden werden toegepast. Daarna wijdde hij zich, samen met collega Walter van Emde Boas, aan het onderzoeksproject onder leiding van Dr. J.P. Schadé. Dit betrof de activiteit van hersenneuronen op verschillende locaties, bij normale en arteriosklerotische proefdieren (konijnen, al of niet op cholesteroldieet). In feite was dit een diermodel van de arteriosklerotische dementie. Aangetoond werd dat het activiteitspatroon van de neuronen al veranderd was, lang voordat de vaatafwijkingen zichtbaar waren. Walter van Emde Boas beschreef de pathologisch- anatomische veranderingen in de hersenen en vaten, Ben van Cranenburgh analyseerde de vuurpatronen van de neuronen. Walter en Ben promoveerden tegelijk in 1973 in de vorm van een dubbelpromotie (dat was vrij bijzonder).
 
In de jaren na de promotie legde Ben zich steeds meer toe op onderwijs. Hem werd gevraagd het medisch onderwijs binnen de akademies fysiotherapie, die zich eind 70-er jaren gingen professionaliseren, vorm te geven. Van 1972 tot 1990 gaf hij colleges fysiologie, neurologie en pathologie aan grote groepen studenten (soms wel 300) in Haarlem, Utrecht en Amsterdam. Deze jaren waren zeer belangrijk voor de ontwikkeling van zijn onderwijskundige kwaliteiten en voor de verbreding van zijn kennis. Zijn onderwijs ondersteunde hij bewust sterk met beelden (aanvankelijk schoolbord, later overhead). Acht jaren lang puzzelde hij aan visuele uitlegschema’s voor complexe fysiologische onderwerpen. De publicatie in 1980 van “Schema’s Fysiologie”, een visueel-didactische atlas, was het resultaat. Ben zelf ziet dit boek als kreatiever en belangrijker dan zijn proefschrift. Geleidelijk kwam hij in contact met andere beroepsgroepen: ergotherapeuten, logopedisten, revalidatie- en verpleeghuisartsen, pedagogen en psychologen. Na 1980 legde hij zich speciaal toe op de neurowetenschappen, die toen toenemend in de belangstelling kwamen.

Website: www.benvancranenburgh.nl, www.stichtingiton.nl